Cupcakes vind ik altijd heel leuk om te maken en alhoewel het soms heel makkelijk lijkt om te maken, zijn er wel een paar dingen die mis kunnen gaan. Na jaren cupcakes maken heb ik fouten gemaakt, veel geleerd en mijn eigen manier gevonden. Vandaag heb ik tien tips voor de beste cupcakes, zodat ze nooit meer mislukken en nog lekkerder worden.
TIP 1 – ZORG DAT ALLE INGREDIENTEN OP KAMERTEMPERATUUR ZIJN
Alle ingrediënten moeten op kamertemperatuur zijn, zet ze daarom minimaal een halfuur voor gebruik uit de koelkast. Alleen als alle ingrediënten ongeveer dezelfde temperatuur hebben, willen ze goed met elkaar mixen. Wanneer niet alles op kamertemperatuur is, kan het bijvoorbeeld gaan schiften of klonteren. Koude boter zal nooit goed willen mixen, er blijven dan altijd klontjes boter in het beslag en hierdoor krijg je inconsequente cupcakes en gaten in je cupcakes.
TIP 2 – METEN IS WETEN
Dit geldt voor alles wat je gaat bakken, meten is weten. Gebruik altijd een weegschaal en blijf het recept volgen. Bij bakrecepten is het erg belangrijk dat je precies werkt, want een verandering in receptuur kan ervoor zorgen dat je cupcakes mislukken.
TIP 3 – MIX HET BESLAG NIET TE LANG
Iets wat ik ook al vertelde in mijn artikel over het maken van een cheesecake (klik hier), maar dit is ook belangrijk bij cupcakes. Je moet namelijk je beslag niet te lang mixen. Als je het langer mixt, kan de cupcake heel zwaar en juist minder luchtig worden. Je wilt graag dat je cupcakes als een kussentje is, mooie luchtbelletjes erin en zacht, maar het tegenovergestelde gebeurd juist als je het overmixt.
TIP 4 – GEBRUIK CUPCAKEVORMPJES EN EEN GOED MUFFINBLIK
Ik gebruik altijd cupcakevormpjes en een muffinblik. De cupcakevormpjes zorgen ervoor dat je ze gemakkelijk eruit krijgt en het ziet er natuurlijk mooi uit. En het muffinblik zorgt ervoor dat mijn cupcakes mooie rond blijven. Zet je de gevulde cupcakevormpjes zo op een bakplaat, dan worden ze vaak langwerpig of zakken helemaal in.
TIP 5 – VUL DE CUPCAKES MET EEN SPUITZAK (OF IJSLEPEL)
Zelf gebruik ik het liefste een spuitzak om mijn cupcakevormpjes te vullen. Dit werkt heel gemakkelijk, snel en vooral schoon. Een ijslepel zou ook kunnen, want dan krijg je het beslag er ook gemakkelijk uit, maar een spuitzak werkt veel nauwkeuriger. Wat ook fijn is aan een spuitzak is dat je het beslag goed onderin de vorm krijgt en er blijft niets plakken aan de randjes van je papieren vorm, want dat verbrand sneller in de oven.
TIP 6 – MEET HOEVEEL BESLAG ERIN DOET
In de meeste recepten zie je altijd staan dat je een cupcakevormpje voor ongeveer de helft tot twee-derde moet vullen met het beslag. Ik vind dat altijd erg onduidelijk en er zit nogal veel verschil in, hierdoor krijg je ook weer ongelijke cupcakes en is er een kans dat je teveel of te weinig beslag gebruikt. Wanneer er teveel beslag in het vormpje zit, loopt het over de vorm heen en krijg je van die paddestoelcupcakes. Gebruik je te weinig, dan is de cupcake te laag en moet je wel heel veel frosting of topping toevoegen om een mooie toef te krijgen.
Daarom meet ik altijd hoeveel beslag ik in elk vormpje doe. Maak ik normale cupcakes (de grote) dan doe ik 45 gram beslag in elk vormpje. Dit zorgt er weer voor dat ik mijn cupcakes altijd even groot zijn en daarnaast weet ik zeker dat er niet teveel of te weinig beslag in zit.
TIP 7 – ZORG DAT DE OVEN OP TEMPERATUUR IS
Wie kent dat niet, dat je alles hebt gemaakt en dat je het in de oven wilt doen en erachter komt dat je die nog helemaal niet hebt aangezet. Altijd een baalmomentje vind ik. Maar het is wel belangrijk dat je oven op temperatuur is, voordat je je cupcakes erin zet. Een te lage oventemparatuur kan ervoor zorgen dat je cupcakes niet goed rijzen en afbakken of dat ze te donker worden aan de buitenkant omdat de binnenkant nog niet gaar is.
TIP 8 – ZET HET MUFFINBLIK IN HET MIDDEN VAN DE OVEN
Wil je dat je cupcakes goed omhoog komen, gelijkmatig bruin worden en geen donkere randjes krijgen? Zet dan het muffnblik in het midden van de oven. Ik gebruik altijd maar één muffinblik per ronde, ook al passen er wel twee in. Het blik kan dan precies in het midden staan en alle cupcakes worden mooi goudbruin.
TIP 9 – LAAT HET MUFFINBLIK EERST AFKOELEN VOOR DE VOLGENDE RONDE
Haal de cupcakes na het bakken eruit en wacht dan een paar minuten, tot het muffinblik weer helemaal in afgekoeld. Wanneer je de nieuwe cupcakes in een heet blik doet, gaan ze direct garen aan de buitenkant, maar je wilt dat ze rustig aan verwarmd worden in de oven. Kans bestaat dat ze in een heet muffinblik erg bruin aan de buitenkant worden.
TIP 10 – HAAL ZE OP TIJD UIT DE OVEN (MAAR OOK WEER NIET TE VROEG)
Dit is altijd even uittesten, want wanneer zijn je cupcakes precies klaar. Elke oven is anders en daarom is de baktijd ook wel eens verschillend. Je kunt hierom ook niet precies afgaan op de tijden die bij recepten staan, maar je moet het altijd even controleren. Tegen het einde van de baktijd kun je wel voorzichtig de deur even openen en als de cupcakes mooi gerezen zijn en goudbruin aan de bovenkant zijn, dan zijn ze meestal wel klaar. Wanneer je er een satéprikker in prikt en deze komt er weer schoon uit, dus er zit geen beslag aan vastgeplakt, dan weet je zeker dat de cupcakes klaar zijn.
Volg mij ook op Facebook, Instagram en Pinterest! Maak je een gerecht van Volg de kruimels? Dan vind ik het heel leuk om te horen wat je ervan vond. Laat een reactie achter, neem contact met mij op of tag me op social media met #volgdekruimels!
Meer tips? Kijk dan even op deze pagina.
Goede tips! Het gebeurt nog wel eens dat ik te veel beslag erin doe en de helft er overheen loopt, haha 😉
Haha ja precies!